Ik was 10 jaar en ik kon heel goed zwemmen. Ik ging wekelijks naar zwemles en had al veel zwemdiploma’s op zak. Anderen bewonderden mij om dit talent. Diverse zwemdiploma’s ‘haalde’ ik twee keer omdat ik te jong was om door te stromen naar de volgende groep.
Op een dag vroeg de zwemjuf of ik op wedstrijd zwemmen wilde. Om een indruk te krijgen mocht ik een baantje wedstrijd zwemmen tegen één van de deelnemers, die er toevallig was. Iedereen keek. Bij het aftellen, doken wij het water in. Op mijn aller best, zwom ik zo snel mogelijk naar de overkant. Al snel zwom mijn tegenstander mij voorbij. Vol onbegrip zwom ik door. Hoe kon zij nou sneller zijn? Ik kreeg een grote slok water in mijn mond en ik deed alsof ik een hoestbui had, zodat ik niet hoefde toe te geven dat ik het nog niet kon. Want dat was wat ik dacht. Ik kan het niet! Ik ben een waardeloze zwemmer. Ik bedankte daarna vriendelijk om mij daarbij aan te sluiten.
Achteraf was dat de eerste keer dat ik keihard door de mand viel. Iedereen wist hoe goed ik kon zwemmen maar nu bakte ik er niks van. Na dit moment zouden er nog velen volgen. Tot ik doorkreeg hoe ik om kon gaan met het imposter syndroom.
Door de mand vallen
Als je naar dit voorbeeld kijkt dan zie je dat het logisch is dat ik voorbij gezwommen werd. Mijn tegenstander zat immers al op wedstrijdzwemmen en trainde daar intensief voor. Niks aan de hand zou je zeggen. Toch was het te pijnlijk om te verliezen omdat ik dat persoonlijk maakte. Ik trok de conclusie dat ik toch niet zo goed was als anderen zeiden en dat maakte mij een mislukkeling. Va hero naar zero in 30 seconden. Ik schaamde mij diep en daarom deed ik alsof ik een hoestbui had.
Dit soort ervaringen, uit onze jeugd, dragen bij aan de angst om door de mand te vallen. Je begrijpt vast wel dat mijn angst om door de mand te vallen, ook wel het Imposter syndroom genoemd, daar mede is ontstaan.
Wat is het imposter syndroom nou eigenlijk?
Wanneer je last hebt van het Imposter syndroom, heb je vaak of continue het gevoel dat je elk moment door de mand kan vallen. Je bent bang dat men er elk moment er erachter komt, dat je het eigenlijk helemaal niet zo goed bent dan dat je je voor doet. Dit zorgt ervoor dat je steeds bezig bent met je omgeving en wat ze van je vinden.
Het imposter syndroom kan op verschillende gebieden in jouw leven aanwezig zijn. Een veel voorkomende is in je baan. Dat je bang bent dat ze er elk moment achter komen dat je het eigenlijk echt niet kan. En je gelooft dit ook echt.
Vaak ervaar je kritiek persoonlijker dan andere mensen. Je ziet dat als een bevestiging dat je het niet kan en je hebt het gevoel dat je door de mand valt.
Het imposter syndroom is dan ook een uiting van ongezond perfectionisme. Lees meer over perfectionisme coaching op mijn website.
Weet je dat je niet de enige bent? Heel veel mensen hebben hier last van.
5 tips om met het imposter syndroom om te gaan
Misschien herken je wel iets van het imposter syndroom bij jezelf. Graag geef ik je een paar tips hoe je ermee om kunt gaan.
- Praat tegen jezelf net zoals je tegen een goede vriendin praat.
Wanneer we bang zijn dat we niet goed genoeg zijn, dan hebben we de neiging om erg kritisch tegen onszelf te praten. En dat werkt vaak belemmerend. Als je je eens bedenkt hoe je zou praten of welk advies je zou geven aan een vriendin die in zo’n zelfde situatie zit, wat zou je dan zeggen? Vaak zijn we veel aardiger tegen anderen dan dat we tegen onszelf zijn. Geef dat advies dan tegen jezelf.
- Geef jouw verstand een naam.
Geef jouw gedachten eens een naam. Door jouw gedachten een naam te geven, creëer je een afstand tussen jou en jouw gedachten. En kun je opmerken dat jij jouw gedachten niet bent. Je kunt ze zien zoals ze zijn; niet meer dan woorden en beelden die onze geest aan de lopende band produceert.
Misschien voelt het een beetje gek, maar probeer het maar eens. En elke keer als hij/zij iets tegen je zegt, dan kun je hem/haar bedanken voor zijn goede intenties. Ga vervolgens doen wat je wilt doen in plaats van naar hem te luisteren.
- Daag je kritische gedachten uit
Je kunt ook jouw kritische gedachten uitdagen door jezelf af te vragen of het echt waar is. Klopt het? En hoe weet je dat zo zeker? Wat zijn de feiten? Woorden als moeten, altijd en nooit geven tekenen aan de wand dat het niet helemaal klopt. Als je bijvoorbeeld een fout hebt gemaakt op je werk dan is onze mind geneigd om bijvoorbeeld te zeggen: ik maak ook altijd fouten, ik zal het nooit leren. Feitelijk maak je op dit moment een fout en vind je het misschien lastig om datgene te leren. 😉
- Onderzoek de intentie van jouw Kritische stem
Wanneer jouw kritische stem aan het razen is in jouw mind, onderzoek dan eens welke onderliggende intentie die heeft. Waar wil hij je tegen beschermen? Als je dat kwetsbare stukje eronder kunt voelen, dan geeft dat vaak meer ruimte en kun jij jezelf geven wat je nodig hebt.
Onze kritische stem heeft het namelijk altijd goed met ons voor maar het komt er erg bot uit.
- Expres foutjes maken
De angst om te falen is vaak groot bij mensen met het imposter syndroom. Op het maken van fouten zit een negatieve lading. Speel eens met fouten maken door expres foutjes te maken. Lach en beloon je zelf rijkelijk met een applaus.
Hierdoor wordt de lading die er op fouten maken zit minder beladen.
Even in het kort
In deze blog heb je kennisgemaakt met het imposter syndroom, het herkenbare gevoel dat je binnenkort door de mand valt. Ook las je dat het heel normaal is om deze gevoelens te hebben. Dat betekent gelukkig niet dat je er niets aan kunt veranderen. Daarom deelde ik 5 tips om om te gaan met het imposter syndroom.
Wil je aan de slag met het imposter syndroom?
Loop je vast of wil je eens met een coach onderzoeken hoe het imposter syndroom bij jou werkt? Bekijk dan hier mijn aanbod of meld je aan voor mijn gratis webinar.